halfjaar

This is the 8451st most frequent Dutch word.


halfjaar

Halfjaar: Half a year.


Time duration

Ik studeer al een halfjaar Nederlands.

I have been studying Dutch for half a year.


Time period specification

Het eerste halfjaar van 2023 is voorbij.

The first half of 2023 is over.


Time duration

Hij werkt er nu een halfjaar.

He has been working there for half a year.